van Osman Hamdi Bey*
Het gaat om binnenkomen
in de ziel van koning klant
om daar het zaad te strooien,
dat uitgroeit tot een plant
waarin aansprekende patronen.
Tapijten om te tonen
dat het gaat niet om de hoed,
maar om de vloer te tooien,
een sieraad voor de voet,
zo zijn ze in de ziel gekomen.
Zij zijn van ver gekomen,
blanke zielen, roze huid,
de goede grond voor ’t groeien
van elk welriekend kruid,
het zal de moeite zeker lonen.
Ze wensen hem veel zonen
naast het meisje, wit en rood,
zoals tapijten bloeien,
nooit gaan de planten dood,
zij leven op de stoutste dromen.
* Osman Hamdi Bey (1842-1910)
Schilderij ‘Perzische tapijthandelaar op straat’ |