Het hoofd omhoog, want daar was zicht
op wat hem licht bewoog:
een kerel van gewicht.

De trap was stevig voor het oog
en ook voor zijn postuur,
hij zag wat rondom vloog.

Het was een kring van broer tot buur,
van zakenvriend tot zus,
een nieuwe op elk uur.

Daartussen vloog een dode mus,
die tjilpte ’t oude lied:
‘Het einde na de kus.’

Hij zoende nog met Trijn en Griet,
toen is het vlug gegaan,
maar zie wat hij nog ziet.

Zij steigert mee naar zon en maan,
extase in het licht,
dus waarom niet te gaan?

* Jacek Malczewski (1858-1929)
Schilderij ‘Rondedans zonder hoop’

* Wladyslaw Podkowinski (1866-1895)
schilderde eerst impressionistisch,
later ging hij over op het symbolisme.