april 11, 2017
Laat horen nu en overal het wonder
van de ridder die het bracht tot abt,
hij was bij Lidlum van zijn paard gestapt,
zijn laatste uur verliep bijzonder.
Van alle kloosterbroeders was hij hoeder,
die hen afhield van ’t verkeerde pad
en voor vergeving van hun zonden bad,
Syardus was de kwaadste broeder.
Hij zong voor hen de mis op lage tonen,
dronk de beker met de zoetste wijn
en wilde met de ontucht maatje zijn,
de duivel zou hem daarvoor lonen.
Abt Eelko kon die zonden niet verdragen,
sprak de broeders daarop danig aan
en riep hen op tot een devoot bestaan,
Syardus echter had nog vragen:
‘Abt Eelko, zonder u kan niemand missen,
neem een dronk, want zalig is de wijn,
dan zullen wij voor eeuwig broeders zijn,
dus laat ons niet in ’t ongewisse.’
Die woorden liet de abt zich door bekoren,
maar hij nam de maaltijd niet zo nauw:
wat eet- en drinkbaar was, kwam in zijn mouw,
die wijd genoeg was… niets verloren.
Syardus zag de misse streek gebeuren,
dwong tot schudden en sloeg tegelijk,
zodat het lichaam overging tot lijk…
de mouw schonk rozen met hun geuren.
* Eelko van Liauckema
** Lourens Alma-Tadema (1836-1912)
Schilderij ‘Het wonder van abt Eelko van Liauckema’
november 27, 2024
november 19, 2024