november 1, 2016
van Jan Matejko*
Daar zit hij uitgesproken uitgeteld, de grappenmaker aan het Poolse hof, als nar door elk aanbeden, als God alleen, in rode stof en peinzend over wat hij morgen meldt. Hij voelt de woorden in zijn rug Maar in het diepste van zijn schrander brein Toch stuit het morgen tegen borst en hoofd, * Jan Matejko (1836-1893) |
november 1, 2016
van Jacek Malczewski* van Wladyslaw Podkowinski** De aarde is om op te staan, maar boven lijkt het licht, dus waarom niet te gaan? Het hoofd omhoog, want daar was zicht De trap was stevig voor het oog Het was een kring van broer tot buur, Daartussen vloog een dode mus, Hij zoende nog met Trijn en Griet, Zij steigert mee naar zon en maan, * Jacek Malczewski (1858-1929) * Wladyslaw Podkowinski (1866-1895) |