januari 3, 2017
van Elihu Vedder*
Zo leef ik dubbel: zee en land
zijn door de tijd heen mijn domein,
ik kom niet verder dan het strand,
maar in de zee is elke afstand klein.
’t Gevoel is voor mij dubbel, want
ik zwem de hele aarde rond,
maar kom ik verder dan het strand,
dan raak ik bij de mensen zwaar gewond.
Toch voel ik in de zee ook pijn,
de vissen kijken mij niet aan,
ik pas niet in hun levenslijn,
dus kan ik beter naar het strand toe gaan.
Daar lig ik dubbel: vrouw en vis
en schaam me diep voor alle troep,
ik weet niet wat nu beter is,
de stilte van de vis of luid geroep.
* Elihu Vedder (1836-1923)
Schilderij ‘De sfinx aan de kust’
december 27, 2016
van Elihu Vedder*
Zij waren alle drie gesluierd
met verschil, dat moest er zijn,
toch was het drietal ingesteld
op wat gebeuren zou met pijn
of hadden zij al afgeteld?
Zij telde op, haar vroege jaren
waren op de dag gericht
waarop zij toen nog was gesteld,
de toekomst kreeg een kwaad gezicht
en had zich bij haar afgemeld.
Nog één vriendin bleef voor haar over,
van een man werd die tot vrouw,
zo had zij het tot slot gewild,
zij bleef haar tot het laatste trouw
en heeft met drank haar angst gestild.
De maan was toen al half gesluierd,
met de rest gaf hij haar moed;
terwijl er langzaam werd geteld,
zei de vriendin: ‘Jouw dag is goed,
je keuze wordt zo doorverteld.’
* Elihu Vedder (1836-1923)
Schilderij ‘De doodskelk’