juli 2, 2019
van Caspar David Friedrich*
Bergopwaarts waren zij gegaan,
zoals ’t ook in hun leven
ging, een lange weg omhoog,
zij stonden uit te hijgen,
nu aanschouwen zij de maan.
Zij hadden ook de boom aanschouwd
met machteloze wortels,
tastend naar het pad omlaag,
die geen houvast meer kunnen krijgen,
zo verdroogt het levend hout.
Hun mond is door de klim ook droog
geworden, maar de hoogte
compenseert gehijg en dorst;
nu zij de lichte schil zien stijgen,
is ’t een lust voor geest en oog.
Hun oog geniet van slechts een schil,
de geest komt op de hoogte
van het wassen van de maan;
zij schouwen ’t leven onder ’t zwijgen:
groei komt voort uit zicht en wil.
* Caspar David Friedrich (1774-1840)
Schilderij ‘Twee mannen in beschouwing
over de maan’
november 19, 2024
november 12, 2024