van Gustave Moreau*
Lieftallig was haar uiterlijk van voren,
blikken die geen mens doorstaat,
waarheen hij klimmend gaat,
zij leek voor anderen geboren.
Maar achter en ook onder was ’t beestachtig
zonder dat een mens het zag,
al was het midden op de dag,
haar aanblik boven was te krachtig.
Haar vleugels ruisten, riepen velen boven,
rotsen konden zij wel aan,
zelfs scherpte zouden zij doorstaan,
wat kon ’t verlangen dan nog doven?
Het waren raadsels die de vlammen blusten,
want een antwoord kwam er niet,
de vleugels zongen ’t wrede lied,
terwijl de klauwen borsten kusten.
Lieftallig liet zij vele blikken dwalen
over zee en onder haar,
waar ’t mensenmaal hing lokkend klaar,
een aanblik levend in verhalen.
* Gustave Moreau (1826-1898),
erfgenaam van de Romantiek,
maakte een ontwikkeling door
tot symbolistische schilder.
Zijn kunst kenmerkt zich
door een complexe weergave
van imaginaire beelden.
|