juli 27, 2021
van Jean-Léon Gérôme*
Al is een oog ook nog zo groot,
de werper ziet de diepte niet,
wat hem beperkt in ’t raken
van hetgeen hij voor zich ziet.
Hij woonde eenzaam in zijn grot,
geen mens kwam dicht bij de cycloop;
wie kennis moesten maken,
lieten varen hoop na hoop.
Behalve Odysseus, in nood
kon hij de diepte diepgaand zien,
zodat zijn speer hem raakte
in zijn oog en bovendien…
… werd hij in zijn gemoed geraakt,
wierp in zijn blinde woede steen
na steen, die alle misten
Odysseus… hij bleef alleen.
* Jean-Léon Gérôme (1824-1904)
Schilderij ‘Polyphemos’
juli 20, 2021
van Jean-Léon Gérôme*
Zij grijpt zijn hand om meer
te willen dan zijn aandacht
voor een ogenblik
en wil hem langer zitten zien
dan deze ene keer.
Hij staat stil voor het raam
met aandacht voor beweging
die hij nu weer mist:
de zee, de branding dichterbij,
hij hoort beslist zijn naam.
Haar naam wordt overstemd
door brandende gedachten,
want geen ogenblik
is hij voor haar van ’t golven vrij,
hij wordt niet meer geremd.
Zij heeft geen greep op hem
nu hij van haar gescheiden
is, opnieuw getrouwd
sinds zij hem losliet, met de zee…
hij luistert naar die stem.
* Jean-Léon Gérôme (1824-1904)
Schilderij ‘De roep van de zee’