december 21, 2021
van Edward Moran*
Een ruwe zee nadat een storm
geleidelijk was uitgeraasd,
maar toen de avond al vroeg viel,
ging hij nog lang niet liggen…
was hij door ’t verloop verbaasd?
Hij was aan ’t zeegeweld gewend,
viel niet meer over wat kwam op
zijn pad, een schipbreuk of een lijk,
die beide bleven liggen…
wie nog leefde, zocht hij op.
Hij had het licht, zijn hond de reuk,
gewend was ’t dier ook aan elk sein
dat uitgezonden werd van zee;
die beide konden redden
met of zonder maneschijn.
Zo liepen zij met het verloop
van storm naar hoge golven mee,
die rolden menig uur nog door;
vannacht was er geen redden
aan, geen sein kwam van de zee.
* Edward Moran (1829-1901)
Schilderij ‘Reddingspatrouille’
december 14, 2021
van Edward Moran*
Bij ’t bulderen van de kanonnen
laat ze ’t kleed van schrik niet glijden,
zodat zij haar lichaam niet onthult,
dat fier de rechterarm opsteekt,
zij is met trots vervuld.
Vol trots gedenkt zij vier grondleggers
van de vrijheid; die bezonnen
zich op burgerrechten voor het volk,
zij steekt de toorts de hoogte in,
vervult haar rol als tolk.
Als tolk vertaalt zij alle woorden
die te horen zijn uit monden
van partijen die verschillen in
het antwoord op de vrijheids-vraag…
heeft wat zij spreekt nog zin?
Wat valt er dan nog te onthullen?
Laat het kleed maar om de schouders
hangen, want verenigd zijn ze niet
in ’t streven naar rechtvaardigheid,
vals klinkt het natielied.
* Edward Moran (1829-1901)
Schilderij ‘Onthulling van het Vrijheidsbeeld’