december 31, 2019
van Vincent van Gogh*
De haven is niet mijn domein,
geen kind hoef ik te voeden
op een boot door stoom gevoed,
iets verder moet ik zijn.
Een buurvrouw hield mij aan de praat,
van acht de lieve moeder,
’k heb de laatsten nog gevoed,
was dag en nacht paraat.
Zij had het over rook en stoom,
de stoomboot als een loeder,
al dat nieuwe, zwart als roet,
was als een nare droom.
De wolken speelden ook nog mee,
’t geheel dreef haar tot woede:
‘Dat dit in de haven moet,
’k blaas stoom af met mijn nee!’
Ik moet niet in de haven zijn,
maar bij een lieve moeder
die gevraagd heeft of ik voed
haar kind, dus ik verdwijn.
* Vincent van Gogh (1853-1890)
Schilderij ‘De min’
Schilderij ‘Gezicht op de haven van Antwerpen’
december 17, 2019
van Vincent van Gogh*
Het was geen vraag waarheen
hun stap de vrouwen bracht:
hetzelfde rondje om de kerk
bij ’t vallen van de avond,
daarna bracht de één de ander thuis:
‘Ik wens je weer een goede nacht.’
Het oog bleef op het pad,
sloeg op de stenen acht,
zodat de voet bleef aan het werk,
geen stap werd onderbroken,
daarna bracht de ander één naar huis:
‘Ik wens je weer een goede nacht.’
De mond ging onderweg
voortdurend op en neer,
geen oog dat hemelwaarts bewoog,
zodat de populieren
onbewogen zwegen over thuis,
ze keken op de kwebbels neer.
* Vincent van Gogh (1853-1890)
Schilderij ‘Rij populieren’